Zelfs bij druilerig lenteweer kun je het niet ontkennen: Banneux ligt in een mooie streek. Het plaatsje ligt op de toeristische route naar Spa – je ruikt de Ardennen al. Een gedroomde omgeving voor een bedevaartsoord. ‘Vergis je niet, het is Maria die deze plek heeft uitgekozen’, zegt Leo Palm terwijl we halt houden bij het huisje van de familie Beco. Het is hier dat de maagd Maria in 1933 is verschenen aan Mariette, de oudste dochter van het gezin. Ze was op dat ogenblik elf jaar.

‘Mensen zeggen weleens dat Banneux een ge-schenk is aan Maria, maar ik bekijk het liever andersom’, zegt de rector van het heiligdom. ‘Ik weet ook wel dat dit een populaire bestemming is voor zondagse uitjes. Bedevaarten en toerisme gaan hand in hand. Maar dat is slechts een stukje van het verhaal.’
In voor- en tegenspoed
Ik kom het lijden verzachten.’ Die woorden sprak Maria op 11 februari 1933 aan de kleine Mariette. Volgens rector Palm heeft die boodschap nog niets aan actualiteit ingeboet. ‘Vroeg of laat wordt iedereen met lijden geconfronteerd. In een huwelijk, ook al duurt het vijftig jaar, zal een van de partners uiteindelijk alleen achterblijven. Weten dat Maria er altijd zal zijn, ook in tijden van tegenspoed, is voor velen een enorme steun.’
Het verklaart wellicht waarom, nu al bijna een eeuw lang, mensen de weg blijven vinden naar een plek waar Maria bijna tastbaar werd. ‘Mariette Beco heeft geen rimpelloos leventje gehad’, zegt Leo Palm. ‘Ze had geen gelukkig huwelijk, verloor een kindje vlak na de geboorte … Dat de maagd uitgerekend aan haar verscheen, leidde bovendien tot afgunst. Mariette vertelde me dat ze op moeilijke momenten terugdacht aan de belofte die Maria haar had gedaan.’
Dat de nood aan herbronning is, merken we aan de vele brieven, mails en telefoontjes
Leo Palm, rector in Banneux
Nood aan herbronning
Bij haar eerste verschijning in Banneux zou Maria een bron hebben aangewezen, bestemd voor de zieken. Het brengt ons bij een andere ‘succesfactor’ van mariale bedevaartsplaatsen: de nood aan herbronning. Dat die nood hoog is, blijkt uit de vele brieven, mails en telefoontjes die sinds het najaar zijn binnengelopen op het bedevaartsecretariaat. Zieken en mensen met een beperking verblijven vaak meerdere dagen in Banneux, waar in de hospitaliteit 360 bedden klaarstaan. Die blijven door de coronacrisis uiteraard onbezet.
Opvallend is ook de sterke aantrekkingskracht van het Luikse Banneux op Vlamingen en Nederlanders. ‘In het seizoen wordt de eucharistie dagelijks opgedragen in het Frans, Nederlands en Duits’, zegt Palm, die zelf perfect drietalig is (maar te bescheiden om dat toe te geven). ‘Op het ogenblik van de verschijningen, in 1933, hoorde Limburg bij ons bisdom. De Limburgers hebben daardoor altijd een bijzondere verering gehad voor de Maagd der Armen, zoals Onze-Lieve-Vrouw hier genoemd wordt.’
Zuid-Koreaanse bedevaarders hebben er twaalf uur vliegen voor over om naar Banneux te komen
Leo Palm, rector in Banneux

Vijfduizend Vietnamezen
Bij Belgen met Poolse en Italiaanse roots is Banneux nog altijd in trek. Het bedevaartsoord is de voorbije jaren veel internationaler geworden, zegt Leo Palm: ‘Ik denk aan de vele Nederlanders met Sri Lankaanse roots. En er zijn de Zuid-Koreanen, die twaalf uur op het vliegtuig zitten om hier te komen bidden. Die komen in kleine groepjes, maar in 2018 waren ze in totaal met tweeduizend.’
Bij het ‘nieuwe’ publiek spannen de Vietnamezen de kroon, zegt de rector: ‘Toen ik hier begon te werken, bliezen elk jaar enkele tientallen families verzamelen in Banneux. Intussen is die jaarlijkse bijeenkomst uitgegroeid tot een feest waaraan vijf- à zesduizend Vietnamezen deelnemen. Ze komen uit heel Europa naar deze plek afgezakt. Ook dat is een drijfveer voor bedevaarders: verwanten en oude bekenden ontmoeten onder de goedkeurende blik van de Maagd der Armen. Toen Maria in 1933 de bron aanwees aan Mariette Beco, zei ze dat die voorbehouden is aan alle volkeren. Die woorden krijgen vandaag echt betekenis.’
Glenn Geeraerts