Op verzoek van kardinaal Mercier vestigen de montfortanen zich in 1920 in Leuven. Ze richten er een heiligdom op ter ere van Maria Middelares ter verspreiding van de goed gefundeerde Mariadevotie volgens Montfort. Tien jaar later ontstaat een nieuwe verkondigingsvorm: de Montfort Bedevaarten.
In 1934 volgt de eerste uitgave van het volkstijdschrift ‘Middelares en Koningin’, en een jaar later ‘Médiatrice et Reine’. In dezelfde periode worden de missionaire activiteiten van de montfortanen zichtbaar, in het binnenland en ver daarbuiten, onder andere in Afrika.
Op het hoogtepunt telt de Belgische provincie van de montfortanen ruim negentig leden. Ze worden bij hun activiteiten niet alleen ondersteund door betaald personeel. De schare sympathisanten en vrijwilligers neemt Bijbelse proporties aan, de mariale tijdschriften kunnen bogen op meer dan 200.000 abonnees.
In de loop van de jaren nemen alle aantallen gestaag af en begin 2021 zijn de Belgische montfortanen nog met zestien. Dertien van hen behoren tot de ‘oude garde’, de jongste – de overste Jos Van den Bergh – is geboren in 1950. Maar dankzij de omgekeerde beweging van het buitenland naar België zetten vooral drie jonge montfortanen, één uit India en twee uit Congo, hier de evangelische en mariale zending voort.
Nog steeds gesteund door en vaak dankzij een harde kern van gelijkgestemden blijft het montfortaans gedachtegoed levendig. Dat uit zich in predicaties en bedevaarten, vormingsdagen en sessies, de twee tijdschriften en de spirituele begeleiding van de medewerkers, en parochiepastoraal.